Ontdek de verhalen achter het nieuws

Hier vind je scherpe blogs over politiek, technologie, ICT, beveiliging, opinie en maatschappelijke kwesties. Ik duid actuele thema’s, geef inzicht in complexe onderwerpen en nodig je uit om mee te denken.
Bij verkiezingen in Nederland draait alles om evenredige vertegenwoordiging. Dat betekent dat het aantal zetels dat een partij krijgt, zo goed mogelijk moet overeenkomen met het aantal stemmen dat ze hebben gekregen. Maar wat gebeurt er met de overgebleven zetels als de stemmen niet precies opgaan in hele zetels? Daar komt het systeem van restzetels om de hoek kijken.

Hoe werkt het systeem van restzetels bij verkiezingen?

Bij verkiezingen in Nederland draait alles om evenredige vertegenwoordiging. Dat betekent dat het aantal zetels dat een partij krijgt, zo goed mogelijk moet overeenkomen met het aantal stemmen dat ze hebben gekregen. Maar wat gebeurt er met de overgebleven zetels als de stemmen niet precies opgaan in hele zetels? Daar komt het systeem van restzetels om de hoek kijken.

Stap 1: De kiesdeler berekenen

De kiesdeler is het aantal stemmen dat nodig is voor één zetel. Die bereken je door het totaal aantal geldige stemmen te delen door het aantal beschikbare zetels (bijvoorbeeld 150 in de Tweede Kamer).
Stel: er zijn 10 miljoen geldige stemmen. Dan is de kiesdeler: kiesdeler=10.000.000 / 150 = 66.666,67
Elke partij krijgt eerst het aantal zetels dat ze halen door hun stemmenaantal te delen door de kiesdeler. Dit zijn de volle zetels.

Stap 2: Restzetels verdelen

Na het toekennen van de volle zetels blijven er meestal nog een paar zetels over. Die worden verdeeld op basis van de grootste gemiddelden. Voor elke partij wordt dan een gemiddelde berekend: het aantal stemmen gedeeld door het aantal zetels dat ze al hebben plus één. De partij met het hoogste gemiddelde krijgt de eerste restzetel. Daarna wordt het gemiddelde opnieuw berekend (nu met één zetel extra), en zo gaat het door tot alle restzetels zijn verdeeld.
Bijvoorbeeld:
  • Partij A: 400.000 stemmen, 5 zetels → gemiddelde = 400.000 / (5+1) = 66.666
  • Partij B: 300.000 stemmen, 4 zetels → gemiddelde = 300.000 / (4+1) = 60.000
→ Partij A krijgt de restzetel.

De rekensom achter de restzetel

De verdeling van restzetels gebeurt als volgt:

Gemiddelde = Aantal stemmen / Aantal volle zetels + 1

De partij met het hoogste gemiddelde krijgt de restzetel. Dit proces herhaalt zich tot alle zetels zijn verdeeld. In dit geval zou D66 door een klein verschil met SP de laatste restzetel kunnen krijgen. [nos.nl]

Voorbeeld met behulp van de data uit 2023

Bij verkiezingen worden eerst de volle zetels verdeeld op basis van de kiesdeler (totaal aantal stemmen gedeeld door 150). Daarna blijven er meestal een paar zetels over: de restzetels. Die worden verdeeld via het systeem van de grootste gemiddelden. Grote partijen hebben hier vaak voordeel bij.
Het gaat hier om de Tweede Kamer verkiezingen in 2023. Er waren toen in totaal 10432726 stemmen. De bijhorende kiesdeler is dan 69551,50667 (10432726 / 150). Als we deze data in een tabel zetten, dan ziet het er als volgt uit. 
 
Partij Totaal aantal stemmen Initiële zetels
VVD 1589519 22
D66 656292 9
GROENLINKS / PvdA 1643073 23
PVV 2450878 35
CDA 345822 4
SP 328225 4
Forum voor Democratie 232963 3
Partij voor de Dieren 235148 3
ChristenUnie 212532 3
Volt 178802 2
JA21 71345 1
SGP 217270 3
DENK 246765 3
BBB 485551 6
Nieuw Sociaal Contract 1343287 19
Totaal 140
Er zijn dus nog 10 restzetels te verdelen. Deze worden alleen verdeeld over de partijen die minstens een hele zetel hebben. De partijen die geen ene zetel hebben gehaald, doen niet meer mee. We moeten nu de restzetels gaan verdelen op basis van grootste gemiddelden. De volgende tabellen laten stemronde 1 en stemronde 10 zien.
Partij Aantal stemmen Initiële zetels Stemmen per zetel (Aantal stemmen / (Initiële zetels + 1)) Restzetels na stemronde 1
BBB 485551 6 69364 7
CDA 345822 4 69164 4
VVD 1589519 22 69109 22
GL/PvdA 1643073 23 68461 23
PVV 2450878 35 68079 35
NSC 1343287 19 67164 19
SP 328225 4 65645 4
D66 656292 9 65629 9
DENK 246765 3 61691 3
Volt 178802 2 59600 2
PvdD 235148 3 58787 3
FvD 232963 3 58240 3
SGP 217270 3 54317 3
CU 212532 3 53133 3
JA21 71345 1 35672 1
Totaal 140 141
Na 10 rondes zijn alle restzetels verdeeld.
Partij Aantal stemmen Restzetels na stemronde 9 Stemmen per zetel (Aantal stemmen / (Initiële zetels + 1)) Restzetels na stemronde 10
SP 328225 4 65645 5
D66 656292 9 65629 9
PVV 2450878 37 64496 37
NSC 1343287 20 63966 19
VVD 1589519 24 63580 24
GL/PvdA 1643073 25 63195 25
DENK 246765 3 61691 3
BBB 485551 7 60693 7
Volt 178802 2 59600 2
PvdD 235148 3 58787 3
FvD 232963 3 58240 3
SGP 217270 3 54317 3
CU 212532 3 53133 3
CDA 345822 6 49403 6
JA21 71345 1 35672 1
Totaal 150 150
Je kunt alle berekeningen van de stemronden hier downloaden.

Lijstverbindingen (tot 2017)

Vroeger konden partijen een lijstverbinding aangaan. Dat betekende dat ze hun stemmen mochten combineren bij de verdeling van restzetels. Zo konden kleinere partijen samen meer kans maken op een extra zetel. Sinds 2017 is dit systeem afgeschaft.

Waarom zijn restzetels belangrijk?

Restzetels kunnen het verschil maken, vooral voor kleinere partijen. Soms krijgen ze hierdoor toch een zetel, terwijl ze net onder de kiesdeler zaten. Ook kunnen grotere partijen er extra zetels mee binnenhalen, afhankelijk van hun stemverhouding.

Restzetels in 2025: Waarom D66 liever géén extra zetel wil

De Tweede Kamerverkiezingen van 2025 zijn achter de rug, en de uitslag is historisch: D66 is de grootste partij geworden, nipt vóór de PVV. Maar terwijl de stemmen nog worden geteld, speelt zich achter de schermen een opvallend dilemma af: D66 hoopt stiekem dat ze géén extra restzetel krijgen. Hoe zit dat?

De situatie in 2025

  • D66 en PVV staan beide op 26 zetels.
  • Er is een kans dat D66 nog een 27e zetel krijgt via een restzetel.
  • Maar… D66 wil die extra zetel eigenlijk niet.

Waarom zou een partij een extra zetel níet willen?

Het draait allemaal om de formatie van een nieuw kabinet. Als D66 op 27 zetels uitkomt, ontstaat er een numerieke meerderheid voor een centrumrechts kabinet met VVD, CDA en JA21 (samen 76 zetels). Maar dat is niet de voorkeur van D66. D66 wil liever formeren met GroenLinks-PvdA, en benadrukt dat een stabiel kabinet ook in de Eerste Kamer een meerderheid moet hebben. Die is er niet bij een coalitie met JA21. Een extra zetel zou dus de politieke puzzel ingewikkelder maken.
“Meer stemmen krijgen dan de PVV is voor mij al zoet genoeg,” zegt een D66’er. “Een 27ste zetel zou ons met praktische problemen opzadelen.” [ed.nl]

En wat doet de PVV?

De PVV van Geert Wilders heeft de uitslag aangevochten op sociale media, en stelt dat het ANP te vroeg de overwinning aan D66 heeft toegekend. Wilders benadrukt dat de Kiesraad de officiële uitslag bepaalt, en kondigt aan krachtige oppositie te voeren, ongeacht de uitkomst. [ewmagazine.nl]

Hoe één restzetel de formatie op zijn kop zet

De verdeling van restzetels lijkt op het eerste gezicht een technisch detail in de Kieswet. Maar in 2025 blijkt hoe groot de politieke impact kan zijn: één extra zetel voor D66 kan het verschil maken tussen een centrumlinkse coalitie en een centrumrechts kabinet.

Waarom is die ene zetel zo belangrijk?

Na de verkiezingen van 2025 staan de verhoudingen op scherp:
  • PVV: 26 zetels
  • D66: 26 zetels
  • VVD: 22 zetels
  • GroenLinks-PvdA: 24 zetels
Een extra zetel voor D66 zou betekenen dat een centrumrechts coalitie (D66, VVD, CDA, JA21) ineens 76 zetels haalt – net genoeg voor een meerderheid. Zonder die zetel blijft het bij 75, en is die optie vrijwel onmogelijk tenzij er een extra partij wordt toegevoegd.

D66 wil die zetel niet

Opmerkelijk genoeg hoopt D66 achter de schermen dat ze die restzetel níet krijgen. Waarom? Omdat een centrumrechts kabinet dan makkelijker te vormen is, en dat zou GroenLinks-PvdA buitenspel zetten. D66 wil juist een coalitie met GroenLinks-PvdA, die ideologisch dichterbij ligt en stabieler is in de Eerste Kamer.

De politieke paradox

Het is een bizarre situatie: een partij die liever géén extra zetel wil. Dit laat zien hoe een puur wiskundige berekening enorme politieke gevolgen kan hebben. De Kieswet is neutraal, maar de uitkomst kan de formatie volledig veranderen. Restzetels zijn geen voetnoot in het verkiezingsproces. Ze kunnen de sleutel zijn tot macht, beleid en de richting van het land. In 2025 is dat duidelijker dan ooit.

Conclusie

De verdeling van restzetels lijkt een technisch detail, maar kan grote politieke gevolgen hebben. In 2025 is dat duidelijker dan ooit: een extra zetel voor D66 zou de formatie een totaal andere richting op kunnen sturen. En dus hoopt de grootste partij van Nederland… dat ze die zetel níet krijgen. Als dit is wat D66 oorspronkelijk bedoelde met nieuw bestuur, dan zullen de stemgerechtigden in Nederland dit niet begrijpen.